Interview: John Oliver – De Correspondent

last-week-tonight-john-oliver-season-3-poster Full disclosure. Mijn gesprek met John Oliver is geen één op één ontmoeting in een of andere hippe koffiezaak in Manhattan. Aan de enorme eikenhouten tafel in de verder steriele vergaderruimte in het HBO hoofdkantoor in New York zitten, naast mij, nog vier andere journalisten te wachten op de komst van de Brit. Een Australische, een Fransman, een Canadees en een Poolse. Beneden in de lobby, wachten nog eens een stuk of vijf internationale journalisten die hem na ons mogen interviewen.

John Oliver is populair.

Precies één jaar geleden sprak ik de host van Last Week Tonight ook. In een andere vergaderruimte, eentje mét ramen, maar vooral met aanzienlijk minder interesse van de internationale pers. Het geeft aan hoezeer Olivers ster gerezen is het afgelopen jaar. Zeker buiten Amerika. En dat is niet alleen te danken aan zijn opzienbarende interview met klokkenluider Edward Snowden in april dat de wereld over ging en op YouTube inmiddels ruim 10 miljoen keer is bekeken. Of de succesvolle oprichting van de kerk Our Lady of Perpetual Exemption waarmee de show belastingvrij 70 duizend dollar (in enkele dollarbiljetten) wist op te halen. Daarmee pijnlijk duidelijk makend hoe Amerikanen legaal worden opgelicht door zogenaamde ‘megachurches’.

De toegenomen internationale interesse komt door segmenten zoals die in oktober waarin hij, met behulp van goede vriend Mike Meyers op een sneeuwschuiver, de Canadezen opriep om vooral niet opnieuw te stemmen op hun ‘dickhead’ premier Stephen Harper (iets dat ze vervolgens ook niet deden). Of Olivers reactie op de aanslagen in Parijs, toen amper twee dagen oud, waarin hij de daders “gigantic fucking arseholes, unconscionable flaming arseholes, possibly working with other fucking arseholes, definitely working in service of an ideology of pure ass-hole-ry” noemde en daarmee precies dat zei wat de wereld, en bovenal Frankrijk zelf, na twee dagen verdriet, stilte en rouw, wilde horen.

Geen makkelijk segment om te maken, zegt Oliver later tijdens het gesprek wanneer de Franse journalist hem ernaar vraagt. “Op dat moment waren de reacties uit Amerika op de aanslagen vooral triest en medelevend. Maar onze show is geen plek voor een medelevende reactie, wij zijn een comedyshow.” De grootste uitdaging, aldus Oliver, was om op de aanslagen te reageren op een manier die bij Last Week Tonight past – absurd – maar ook de boosheid en frustratie te vangen die iedereen op dat moment voelde. “Toen we ons eenmaal realiseerden dat het alleen al cathartisch werkt om een eikel een eikel te noemen, een gegeven dat we in dit geval niet hoefden te factchecken, ontstond er al een vorm van opluchting.”

Het segment ging viral in Frankrijk en Oliver, daarvoor nog totaal onbekend bij het Franse publiek, was in één klap beroemd.

Ondanks Olivers veranderde status in de wereld, is de man zelf niks veranderd. Hij draagt een net pak, is een beetje slungelig en schudt bij binnenkomst iedereen uitgebreid de hand. Net als een jaar eerder, heeft hij een grote beker van Starbucks bij zich die hij vermoedelijk net daarvoor heeft gehaald bij het filiaal direct naast het HBO kantoor. En net als een jaar eerder, is hij te geanimeerd in het gesprek om de beker ook maar één keer aan te raken. Oliver is een van die zeldzame bekende mensen die in het echt precies is zoals hij overkomt op tv. Hij is grappig en uitgelaten, tot het blije toe zelfs, en vreselijk vriendelijk. En hij is bescheiden.

Wanneer hij over de show praat, heeft hij het standaard over ‘wij’. Daarnaast wil hij geen enkele verantwoordelijkheid nemen voor de vele misstanden die, dankzij uitgebreide aandacht in Last Week Tonight, ondertussen zijn aangepakt. Iets dat de Amerikaanse media ook wel het John Oliver-effect noemt. Of het nou het aftreden van FIFA’s Sepp Blatter is (Last Week Tonight besteedde meerdere segmenten aan de enorme corruptie binnen de voetbalbond), de nieuwe en verbeterde zwangerschapsverlofregelingen die een groeiend aantal Amerikaanse bedrijven sinds eind vorig jaar aanbieden (Oliver had eerder dat jaar Moederdag aangegrepen om de bestaande, belachelijk slechte regelingen voor nieuwe moeders in de VS aan te kaarten) of het crashen van de FCC-site nadat Oliver internettrollen had gevraagd hun ongezouten mening over netneutraliteit op de website achter te laten.

Oliver weigert deze successen op zijn conto toe te schrijven. Hoezeer je het ook probeert. En geloof me, de Fransman, Canadees, Australische, Poolse en ik hebben het geprobeerd. Maar John Oliver een compliment geven, gaat ongeveer zo:

Wij: Over netneutraliteit en je heroïsche…

Oliver: Dat was op geen enkele manier heroïsch. Geen enkele.

Wij: Oké, de aangekondigde wijzigingen in het borgtochtbeleid van New York dan…

Oliver: Dat proces was al in gang gezet toen wij er aandacht aan besteedden. Ik denk niet dat onze show ook maar enig effect heeft gehad.

Wij: Tijdschrift Times riep je vorig jaar uit tot een van ’s werelds 100 meest invloedrijke mensen…

Oliver, hard lachend: Times roept wel meer dingen die vreselijk onjuist zijn en dit is er een van. Als ik een van de meest invloedrijke mensen ter wereld ben, is deze planeet fucked!

Wij: Mogen we dan de journalistieke integriteit waarmee jullie het programma maken en de manier waarop alles uiterst grondig wordt gecheckt, wél een voorbeeld noemen voor andere media-outlets?

Oliver: Wij hebben een week om te checken of alles klopt. Als wij een cijfer gebruiken, moet het niet van een of ander bullshit onderzoek komen. Ons enige doel is iedere week de beste comedyshow maken die we kunnen maken en om dit te kunnen doen moeten we zeker weten dat alles klopt. Als wij het mis hebben, stort de grap in. En wat betreft de voorbeeldfunctie, ik zou andere shows zeker niet aanraden te doen wat wij doen. Wij besteden veel te veel tijd aan penisfoto’s.

Wij: Heeft deze bescheidenheid iets te maken met het feit dat je Brits bent?

Oliver lacht: Gedeeltelijk. (En dan serieuzer) Wij maken ons druk om de mensen in de studio. Lachen ze? Vinden ze het grappig? En zodra de show is geëindigd, zitten we in paniekmodus voor de volgende aflevering. Hoe gaan we het beter doen? Het rimpeleffect, of wat het ook is, is niet onze zorg. Daar hebben we geen controle over. Het enige dat wij in de hand hebben, is de show zelf.

Oliver woont nu 10 jaar in Amerika. In 2011 trouwde hij een Amerikaanse met wie hij in november een zoon kreeg. Hij noemt de VS zijn thuis en heeft een Green Card, wat volgens hemzelf niet veel meer inhoudt dan dat hij in het land mag blijven. Toch heeft hij het in zijn show standaard over ‘wij’ als hij het over Amerika heeft.

Zijn overstap van Engeland naar Amerika in 2006 was er een gedreven door wanhoop. “Zeker niet door succes”, zegt hij lachend. In zijn thuisland was hij voor vertrek, naar eigen zeggen, hard aan het falen. Zijn radioshows werden gecanceled en tijdens stand-up shows werd hij door het publiek standaard uitgemaakt voor Harry Potter. Oliver: “Mijn trek naar Amerika was een iets andere dan die van The Beatles. Het was niet een geval van ‘het gaat goed hier, laten we kijken hoe we het daar doen’ maar meer een ‘dit is een totale ramp, eens kijken of ik elders meer geluk heb’.”

Dat geluk kwam in de vorm van een baan bij The Daily Show with Jon Stewart waar hij Senior British Correspondent werd. Toen Stewart, die Oliver de man noemt van wie hij alles heeft geleerd, in de zomer van 2013 een film ging maken, nam Oliver de presentatie van hem over. Een zomer die hem niet alleen bekendheid en een uiteindelijke eigen show bij HBO opleverde, maar ook een blijvende en gekke affiniteit met Amerikaanse toezicht- en afluisterpraktijken. Oliver: “Die allereerste dag dat Jon weg was en ik het stokje van hem had overgenomen, brak het Snowden-verhaal. We zouden eigenlijk een luchtige aflevering maken over hoe ‘papa’ van huis was en opeens was er dat nieuws.” Het nieuws zou de rest van de zomer blijven overheersen. En Oliver blijven frustreren. “De manier waarop het gecommuniceerd werd, was zo slecht. De technische kant was overweldigend en Snowden zelf, zoals wel meer mensen die heel goed zijn met computers, kon niet overbrengen waarom de gelekte informatie zo belangrijk was.” Iets dat twee jaar later bleek toen een team van Last Week Tonight naar Times Square toog en Amerikaanse voorbijgangers vroeg naar Snowden. Een groot gedeelte wist niet wie hij was, en de paar mensen bij wie er wel een belletje ging rinkelen, verwarden hem met WikiLeaks’ Julian Assange.

In een poging het Amerikaanse publiek voor eens en altijd duidelijk te maken hoe belangrijk het is dat ze begrijpen hoe de computerprogramma’s van de NSA werken en wat voor een impact ze hebben op hun levens, ging Oliver in april naar Moskou om de voortvluchtige Edward Snowden zelf te interviewen. Om het gesprek begrijpelijk te maken voor de Amerikaan (en voor zichzelf) gebruikte hij een foto van zijn eigen geslachtsdeel als voorbeeld. ‘Als ik een dick pick stuur naar mijn vrouw, wordt deze dan opgepikt door de afluisterprogramma’s?’ (Snowdens antwoord: “Ja.”) Olivers onorthodoxe aanpak maakte het interview een van Snowdens beter te begrijpen gesprekken. Oliver: “Je zag meteen dat hij ook begreep dat hij het nu wel goed kon uitleggen. De dick pick was effectief. En natuurlijk hartstikke idioot.”

Donderdag [18 feb in Nederland, 14 februari in de US] begint het derde seizoen van Last Week Tonight. Wie dit keer het doelwit van Oliver en zijn team gaan zijn, durft hij nog niet te zeggen. De Amerikaanse verkiezingen komen uiteraard voorbij al is de Brit vooralsnog van plan de kandidaten links te laten liggen. Zelfs al prijkt Donald Trumps diskwalificatie van Last Week Tonight (‘very boring’) trots op de posters van het nieuwe seizoen. “De verkiezingen zijn tot nu toe vreselijk opgeblazen. Er is veel te vroeg veel te veel aandacht voor en ik ben blij dat we het tot nu toe hebben gemist”, zegt Oliver die van plan is vooral de focus te leggen op de ‘architectuur van de democratie’, zelfs al weet hij dat dit niet grappig klinkt.

Dat het nieuwe seizoen het sterke tweede, met internationale succesverhalen als Snowden en de oprichting van de kerk, moet toppen vindt Oliver niet beangstigend. “Iedere week is de uitdaging immens en iedere week voelt het alsof we falen. Maar daarom is het zo leuk, omdat het zo moeilijk is.”

Dit interview verscheen in ingekorte versie op De Correspondent.